Onder koud kunstlicht
druipen de koplampen in het moeras,
kruipen de verkleurde slangen kortsluiting,
klinken de krantenkoppen
als bulderende donderwolken
doorheen smalende spiralen
Geen grote verhalen in dit bos,
enkel rottende etensresten
In leeggeroofde boeken
schrijf ik tegen mezelf,
bots ik tegen de dichtgemetselde
ramen en deuren:
‘Het is
altijd maar hetzelfde’
Alleen, altaar,
het avondmaal
een ouverture op dit podium
Een bloemlezing…
van oude gedachten
in plakboeken verzameld,
van naïeve idealen gekrast in
de muren van zolderkamers
en de ribben van dit lichaam,
van mijn mooie maalmolen
in het spiegelpaleis vol zelfreflectie
Kleine,
kleine kubus,
schitter, schijn, schiet toch op mij
Wees niet bang
______________
2021